Maak kennis met de Leraar van het Jaar: Arvid De Muynck. Uit 18.000 nominaties – een absoluut record – koos de jury van Klasse voor een leraar die zijn leerlingen in dit moeilijke coronajaar niet losliet.

Na dit zware coronajaar ging Klasse op zoek naar de leraar die – ondanks de anderhalve meter – geen afstand hield en zijn leerlingen niet losliet. Liefst 15.000 van de 18.000 nominaties kwamen van leerlingen. Uit die sterke verhalen koos de jury voor Arvid De Muynck van College ten Doorn uit Eeklo. Hij krijgt de titel ‘Leraar van het Jaar 2021’.

Lichtpuntjes

“Ik had het erg lastig dit schooljaar. Maar dankzij meneer De Muynck voelde ik me begrepen, en minder eenzaam.” De leerlingen van College ten Doorn uit Eeklo weten wat Arvid De Muynck voor hen betekent. En daarom nomineerden ze hun leraar Nederlands en Engels voor Leraar van het Jaar.

Met erg persoonlijke getuigenissen: hoe hij elke week tijd maakte voor wie op breken stond, niet losliet wie zwaar ziek was. Hoe hij steeds belde, mailde, even bleef hangen in de klas voor die broodnodige babbel. Maar net zo goed met verhalen over de klassfeer, die hij ook op afstand een boost gaf. Over de lichtpuntjes in het schooljaar. Zoals de klasdag die hij tóch wist te redden. “Zelfs zijn lessen waren interessant, voor zover Nederlands interessant kan zijn”, knipoogt een zesdejaars.

Durf te vragen

“Het welbevinden van je leerlingen is deel van je opdracht”, vindt Arvid. “Als leraar moet je durven vragen hoe het gaat. De ene leerling wil praten, de andere wijst dat beleefd af. Maar het helpt als je weet dat iemand bereid is om te luisteren. Als je je niet goed voelt, staat je hoofd niet naar leren. Daar ben ik heilig van overtuigd.”

“Als ik voel dat een leerling me door de vingers glipt, uitvalt en zijn schooljaar in rook ziet opgaan, raakt me dat diep. Wat je ook probeert: soms sta je machteloos. Toen ik achter mijn laptop zat en een hele week op afstand les gaf, voelde ik me zelf ook oprecht slecht. Dat digitale kan absoluut niet tippen aan de verbinding die je in de klas voelt. En als ik het al lastig had, hoe moeten jongeren zich dan voelen? Jong zijn tijdens corona was ongelooflijk moeilijk. Dat merkte ik bij zowat al mijn leerlingen.”

Leraren maken een verschil. Soms meer dan ze beseffen. Door oprecht te vragen hoe het gaat. Door te luisteren. En hun leerlingen moed in te spreken en te tonen: het is oké dat jij je nu niet goed voelt. Maar samen komen we er wel uit.”

De Leraar van het Jaar houdt geen afstand

De noodkreet van jongeren klonk nog nooit zo luid. Gelukkig lieten leraren hun leerlingen niet los. En maakten ze het verschil voor jongeren die het lastig hadden. Door te luisteren, en te vragen ‘hoe gaat het met je?’.

“Want dat doen we nog te weinig”, zegt Inez Germeys, psycholoog en hoogleraar psychiatrie: “Een kwart van de jongeren heeft niemand om bij aan te kloppen als ze in de put zitten. Dan kunnen leraren een belangrijke rol spelen. Zij zien hun leerlingen elke dag.”

“Veel leraren voelen intuïtief hoe belangrijk dat is en zetten erop in. Maar die gesprekken zijn niet voor elke leraar evident. Sommigen voelen zich onbeholpen of durven niet. Want hoe reageer je als een leerling je toevertrouwt dat hij/zij diep zit? Dat geven lerarenopleidingen of nascholingen onvoldoende mee. Drie dingen zijn hierbij cruciaal: negeer of minimaliseer signalen niet, spreek je leerlingen aan en laat ze niet los, en ken de organisaties waarnaar je kan doorverwijzen. Als we erin slagen om de verbinding tussen zorg en onderwijs te versterken, kunnen we hopelijk vaker vermijden dat jongeren in psychische nood alleen achterblijven.